Duurzame ontwikkeling voorziet in de behoeften van de huidige generatie, zonder daarbij de mogelijkheden van toekomstige generaties om in hun behoeften te voorzien te beperken. De kracht voor duurzame ontwikkeling komt uit inspiratie, beweging en het ontstaan van duurzame initiatieven vanuit ondernemers en bewoners waarbij een ontwikkelingsproces in gang wordt gezet dat zich richt op een harmonieuze en evenwichtige groei rond de kwaliteiten en veerkracht van de natuur en ecologie, het sociaal cultureel welzijn, een gezonde economische ontwikkeling en duurzame en eerlijke voedselproductie. Vanuit deze benadering wordt in de regel vaak gesproken over de effecten op de drie elementen: People (sociaal cultureel), Planet (ecologisch) en Profit (economisch).
De thematische benadering is meegenomen in de gemeentelijke structuur- en toekomstvisie. Het anders omgaan met steeds schaarser wordende grondstoffen, de eindigende fossiele energievoorraden met als gevolg gestage prijsstijgingen en de sociaal maatschappelijke bewustwording rond het thema energie en duurzaamheid in zijn algemeenheid, maakt met name dat de aandacht voor energiebesparing, alternatieve en innovatieve vormen van duurzame energieopwekking en duurzame productie nadrukkelijk tot ontwikkeling komt. Initiatieven hiertoe vinden op micro en macro schaal plaats en bewegen zich tussen (particuliere) afnemers en energieproducenten alsmede coöperatieve vormen van particuliere samenwerking rond het thema energie.
De rol van de overheid ligt naast de verantwoordelijkheid voor beleidsvorming en uitvoering met name in het herkennen van deze nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen en trends en het waar mogelijk stimuleren en faciliteren van maatschappelijke initiatieven in de praktijk.
Het Landelijke energieakkoord en in het verlengde daarvan het Gelders Energieakkoord zoals dit tussen overheid en maatschappelijke organisaties is afgesloten, benadrukt naast de initiërende, met name ook de faciliterende rol van de (plaatselijke) overheid voor lokale trends en ontwikkelingen op het gebied van energiebesparing en energietransitie. De enorme opdracht waar Nederland voor staat maakt duidelijk dat in de komende jaren nog flinke stappen zullen moeten worden gezet. Dit vraagt om daadkracht en creativiteit om deze opgave in de praktijk te realiseren met name waar het gaat om de toepassing van collectieve (grondgebonden) energievoorzieningen in de openbare ruimte.