Risicoparagraaf

Effect corona
Met de inzichten op dit moment is de verwachting dat 2021 wordt afgesloten met een positief resultaat van €305.479,-. Echter wenst het college graag een kanttekening te maken bij dit resultaat. Het jaar 2021 blijft, net als 2020, een jaar waarin Corona van invloed is geweest op het functioneren van de samenleving, maar ook van invloed is op onze processen. Met het loslaten van steeds meer corona maatregelen, is de verwachting dat steeds meer processen gaan lopen zoals voorheen. Echter, hoe dit exact uitpakt is moeilijk te voorspellen. Wij weten niet hoe de individuele inwoner hierop reageert en mogelijk vinden sommige activiteiten later plaatst dan gepland. Indien een dergelijke situatie zich voordoet is het noodzakelijk om bij de jaarrekening, via de resultaatbestemming, middelen over te hevelen naar 2022. Daarnaast zijn we door het rijk incidenteel gecompenseerd voor alle corona effecten; op dit moment is onduidelijk of sommige coronaeffecten incidenteel van aard zijn of meerjarig een effect hebben op de begroting.

Over te hevelen gelden
Vorig jaar hadden wij bij de jaarrekening een fors exploitatieoverschot (€2,5 mln), terwijl uiteindelijk ‘slechts’ €1,0 mln daadwerkelijk vrijvallende middelen waren die naar de algemene reserve zijn toegevloeid. De verwachting is gerechtvaardigd dat dit principe ook voor dit dienstjaar van toepassing is. Het gaat dan om bijv. provinciale subsidies en specifieke middelen van het rijk, waarvan de uitvoering later plaatsvindt dan verwacht. In dat geval moeten die gelden worden overgeheveld naar 2022, dan wel gerestitueerd worden. Ook restantbudgetten die bij de jaarrekening via bestemmingsreserves lopen, behoren hiertoe. Onderschrijdingen op dergelijke kostenposten zijn niet in deze najaarsnota meegenomen, omdat het geen vrijvallende middelen betreffen die als algemeen dekkingsmiddel anderszins kunnen worden ingezet. Zoals gezegd wordt het saldo van dergelijke kostenposten pas zichtbaar bij de jaarrekening, waardoor we het risico lopen in de jaarrekening een (ogenschijnlijk) aanmerkelijk positiever resultaat wordt gerealiseerd dan nu gepresenteerd in de najaarsnota.

Algemene uitkering
De hoogte van de algemene uitkering wordt bepaald door de omvang en verdeling van het gemeentefonds. De omvang is gekoppeld aan de groei van de rijksbegroting.  De huidige raming van de hoogte van de algemene uitkering is gebaseerd op de meicirculaire 2021. Ten tijde van het opstellen van deze najaarsnota zijn de uitkomsten van de Septembercirculaire nog niet bekend, waardoor de hoogte van de algemene uitkering in 2021 in werkelijkheid anders zal zijn dan opgenomen in de begroting 2021.

Sociaal Domein (Jeugdhulp en WMO)
De gemeentelijke kostenontwikkeling wordt steeds beter voorzien in de begroting. Dit doet de gemeente op basis van historische gegevens en periodieke monitoring van data. De kosten voor de Jeugdwet en de WMO worden gefinancierd op basis van een 'open eind regeling'. Ondanks de reële begroting zijn pas na het eerste kwartaal in het volgende jaar de daadwerkelijke zorgkosten vast te stellen na ontvangst van de definitieve productieverantwoordingen zorgverleners.

Personele slagkracht
De spankracht van de ambtelijke organisatie staat al langere tijd onder druk. Door de aanhoudende coronapandemie is de belasting alleen maar toegenomen. We zien dit ook terug in het werkbelevingsonderzoek onder medewerkers; daarmee bestaat het risico van een toename van het ziekteverzuim en de personeelskosten. Naast een aanhoudende coronapandemie krijgt de gemeente ook steeds meer taken vanuit het rijk, waarvoor geen of beperkte middelen beschikbaar worden gesteld. Door toename van het takenpakket is het de vraag of we met de huidige personele capaciteit alle geplande werkzaamheden voor 2021 daadwerkelijk kunnen uitvoeren. Deze begrenzing aan ambtelijke slagkracht kan ertoe leiden dat bepaalde activiteiten onder druk komen te staan.

Aangifte omzetbelasting en BTW compensatiefonds
De belastingdienst heeft vragen gesteld over de aangiften wet Omzetbelasting over de jaren 2015-2018. Op dit moment zijn we hierover in gesprek met de belastingdienst en volgt een onderzoek dit najaar. De uitkomsten hiervan zijn nu nog in het ongewis. Wij hopen voor het eind van het jaar duidelijkheid te kunnen scheppen over de mogelijk financiële gevolgen.