Onzekerheden

In de Programmabegroting 2022-2025 hadden we aangegeven dat er sprake was van veel onzekerheid. Immers, doordat gemeenten in hoge mate afhankelijk zijn van rijksbeleid en rijksinkomsten (m.n. huishoudelijke ondersteuning en jeugd), leidde de afwezigheid van een nieuw kabinet en diens plannen tot een onzeker en onvolledig financieel beeld voor de komende jaren.

Inmiddels is het kabinet er, maar financiële zekerheid nog alleszins. Meerdere bestaande financiële vraagstukken zijn nog altijd niet beantwoord; nieuwe financiële ontwikkelingen dienen zich aan. 
Bovendien brengen de huidige mondiale ontwikkelingen ook onzekerheid met zich mee. Te denken valt aan het verdere verloop van de coronapandemie, de oorlog in de Oekraïne en de impact die dat heeft op de wereldeconomie. Het is de bedoeling dat de aanstaande meicirculaire ons gaat helpen door meer concrete en financiële duiding te geven. Concreet gaat het dan om de navolgende onzekerheden:

Arbitragegelden Jeugd 2023 e.v.
Het rijk heeft vooralsnog gemeenten alleen voor 2022 gecompenseerd. Voor Heerde gaat dit om een bedrag van ruim €1 miljoen euro. In de cijfers voor 2022 is dit ook zichtbaar. 
Echter, nog altijd is onduidelijk of het rijk deze compensatie ook vanaf 2023 doorvoert. De meicirculaire zou zoals gezegd daar het antwoord op moeten geven. Gelet op deze onduidelijkheid hebben wij conform de oproep van de VNG, de zgn. Hervormingsagenda Jeugd (die gekoppeld is aan de arbitragegelden) terughoudend opgepakt.

Opschalingskorting 2026 e.v.
Toenmalig minister Plasterk heeft destijds het voorstel gedaan om te komen tot zgn. 100+ gemeenten. Dit wetsvoorstel ging gepaard met een uitname van het gemeentefonds voor gemeenten kleiner dan 100.000 inwoners. Ondertussen is dit wetsvoorstel inhoudelijk allang van tafel, maar dit geldt niet voor de financiële korting van het gemeentefonds. Weliswaar heeft het rijk de korting incidenteel stopgezet voor de jaren 2023-2025, maar de situatie vanaf 2026 is ongewis. Voor Heerde zou het gaan om een bedrag van €635.000,- per jaar.

Herverdeling Gemeentefonds
Al eerder hebben wij uw raad bericht dat er een herverdeling van het gemeentefonds wordt voorbereid. In de eerste versies van die herverdeling was Heerde een (bescheiden) voordeelgemeente. In de laatste versie zijn wij een nadeelgemeente geworden. Indien en zodra deze herverdeling van het gemeentefonds wordt doorgezet moeten wij vanaf 2024 rekening houden met minder inkomsten: van €141.000,- in 2024 oplopend tot €300.000,- structureel vanaf 2026.

Inflatie
Landelijk is sinds lange tijd weer sprake van een forse inflatie. Deze prijsstijging heeft gevolgen voor onze meerjarenraming (prijsindex). Momenteel hanteren wij een gemiddelde indexering van 2% per jaar voor lonen, materialen en andere consumptiegoederen. Wij baseren ons daarbij op de macro economische verkenningen van het Centraal Plan Bureau (CPB). De laatste inflatiecijfers van het CPB zijn aanmerkelijk hoger: ca. 4½-5%. In de meicirculaire wordt aangegeven met welke prijsindexen wij dienen te rekenen en in welke mate die door het rijk worden gecompenseerd (zgn. accres).
Deze ontwikkeling was voor ons college aanleiding om voor het kalenderjaar 2022 -voor zover bekend- diverse prijsverhogingen incidenteel door te voeren. Voor 2023 e.v. wachten wij de ontwikkelen af.

Accres: startnota nieuw kabinet
Via de maartbrief gemeentefonds zijn wij geïnformeerd over de financiële vertaling van de ambities uit de startnota van het nieuwe kabinet. Via het principe ‘trap op, trap af’ hebben die rijksambities een positieve doorwerking naar gemeenten (accressen). Dit gaat jaarlijks om substantiële extra bedragen. De exacte doorvertaling voor onze gemeente van deze positieve ontwikkeling moet straks blijken uit de meicirculaire.

Inkomensafhankelijke bijdrage WMO en Jeugd
Gemeenten hebben al langere tijd bij het rijk gepleit voor meer speelruimte voor de Wmo en Jeugd. Voor Jeugd heeft deze inzet bijvoorbeeld geleid tot de extra arbitragegelden Jeugd (zie boven). Hetzelfde pleidooi gold –overigens tot dusverre zonder succes- voor de Wmo en dan met name voor de huishoudelijke ondersteuning. In dat verband refereren wij aan het raadsvoorstel d.d. 5 juli 2021 over het beleid huishoudelijke ondersteuning voor de komende jaren. Voor 2022 en 2023 zijn de forse meerkosten (o.a. door het abonnementstarief) gedekt uit de algemene reserve, terwijl de meerkosten vanaf 2024 (ruim €800.000,- per jaar) zijn verwerkt in de jaarlijkse begroting vanuit de verwachting dat het rijk gemeenten extra compensatie zou aanbieden voor de stijgende kosten. Inmiddels is bekend dat het rijk werkt aan een voorstel om gemeenten de mogelijkheid te geven een inkomensafhankelijke bijdrage toe te passen. Deze mogelijkheid van een inkomensafhankelijke bijdrage geldt dan niet alleen voor de Wmo, maar ook voor Jeugd. Daarmee zouden wij vanaf 2024 inderdaad een instrument in handen krijgen om onze meerkosten bij te sturen. Echter, het rijk is voornemens de invoering van deze inkomensafhankelijke bijdrage te koppelen aan een financiële korting van het gemeentefonds; zowel op Wmo als op Jeugd. Daarmee is sprake van een ‘sigaar uit eigen doos’ en biedt het rijk dus geen enkele oplossing voor de bestaande gemeentelijke tekorten op de Wmo! Mocht deze situatie zo blijven, dan zal uw raad zich binnenkort wederom moeten buigen over verdere beleidsaanpassingen huishoudelijke ondersteuning. 
Voor wat betreft de invoering van de inkomensafhankelijke bijdrage, gaan wij er vooralsnog vanuit dat die budgettair neutraal verloopt.

Verruiming/vernieuwing eigen gemeentelijk belastinggebied
Al langere tijd ligt er de wens te komen tot een ruimer belastinggebied voor gemeenten. Met de wettelijke afschaffing van de precariobelasting op ondergrondse leidingen heeft het kabinet toegezegd hiervan serieus werk te maken. Het nieuwe kabinet pakt die handschoen op en streeft naar een nieuw belastingstelsel voor gemeenten vanaf 2027. Doordat gemeenten dan meer eigen inkomsten (belastingen) kunnen genereren, zijn er minder gelden nodig in het gemeentefonds, aldus de redenering van het rijk. Het rijk overweegt om die reden de hoogte van het gemeentefonds tot 2027 te bevriezen. De VNG heeft al stevig stelling tegen deze plannen genomen, omdat dit zou betekenen dat gemeenten in 2027 ca. €4 miljard minder uit het gemeentefonds ontvangen (zgn. Ravijn-scenario voor elke gemeente).